
Brussel, 19 november - Tijdens zijn plenaire vergadering heeft het EDPB richtsnoeren over de wisselwerking tussen artikel 3 en hoofdstuk V van de AVG aangenomen. In de richtsnoeren wordt de wisselwerking verduidelijkt tussen het territoriale toepassingsgebied van de AVG (artikel 3) en de bepalingen inzake internationale doorgiften in hoofdstuk V. Ze zijn bedoeld om verwerkingsverantwoordelijken en verwerkers in de EU te helpen bepalen of een verwerking een internationale doorgifte is, en om een gemeenschappelijke interpretatie te geven van het begrip “internationale doorgifte”.
In de richtsnoeren worden drie cumulatieve criteria gespecificeerd om een verwerking als doorgifte aan te merken: 1) de gegevensexporteur (een verwerkingsverantwoordelijke of verwerker) is onderworpen aan de AVG voor de gegeven verwerking; 2) de gegevensexporteur zendt de persoonsgegevens door naar of stelt deze beschikbaar aan de gegevensimporteur (een andere verwerkingsverantwoordelijke, gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijke of verwerker); 3) de gegevensimporteur bevindt zich in een derde land of is een internationale organisatie.
De verwerking wordt beschouwd als een doorgifte, ongeacht of de in een derde land gevestigde importeur al onder de AVG valt op grond van artikel 3 van de AVG. Het EDPB is echter van mening dat er bij het rechtstreeks verzamelen van gegevens bij betrokkenen in de EU op hun eigen initiatief geen sprake is van doorgifte.
Andrea Jelinek, voorzitter van het EDPB, voegde hieraan toe: “In deze richtsnoeren wordt een consistente interpretatie van het begrip ‘internationale doorgifte’ gegeven en wordt verduidelijkt dat, wanneer een gegevensimporteur onder de AVG valt, de verplichtingen uit hoofde van hoofdstuk V van de AVG zowel van toepassing zijn op de doorgifte van de EU naar de importeur als op elke verdere doorgifte die de importeur verricht”.
Over de richtsnoeren wordt tot eind januari een openbare raadpleging gehouden.
Het EDPB heeft een verklaring over het digitale dienstenpakket en de datastrategie van de Europese Commissie aangenomen. In de verklaring wijst het EDPB op drie algemene punten van zorg met betrekking tot de voorstellen van de Commissie die tot dusver zijn ingediend (de datagovernanceverordening, de wet inzake digitale diensten, de wet inzake digitale markten en de AI-verordening):
- gebrek aan bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden van personen;
- versnipperd toezicht;
- het risico van inconsistenties.
Het EDPB en de EDPS hebben al gezamenlijke adviezen uitgebracht over de datagovernanceverordening en de AI-verordening en de EDPS heeft adviezen uitgebracht over de Europese datastrategie, de wet inzake digitale markten en de wet inzake digitale diensten. In zijn verklaring herhaalt het EDPB zijn oproep tot een verbod op het gebruik van AI voor de geautomatiseerde herkenning van menselijke kenmerken in openbaar toegankelijke ruimten en dringt het er bij de medewetgevers op aan een uitfasering te overwegen die leidt tot een verbod op gerichte reclame op basis van alomtegenwoordige tracering, en de profilering van kinderen in het algemeen te verbieden.
Het EDPB wijst voorts op de risico’s van parallelle toezichtstructuren en beveelt ten zeerste aan in elk voorstel te voorzien in een expliciete rechtsgrondslag voor doeltreffende samenwerking en uitwisseling van informatie tussen de in het betrokken voorstel aangewezen bevoegde toezichthoudende autoriteiten en de gegevensbeschermingsautoriteiten.
Daarnaast roept het EDPB de Commissie en de medewetgevers op ervoor te zorgen dat in de voorstellen duidelijk wordt vermeld dat zij de toepassing van bestaande gegevensbeschermingsregels niet mogen beletten of ondermijnen, en ervoor te zorgen dat deze regels in alle gevallen waarin persoonsgegevens worden verwerkt prevaleren, ook in het kader van het komende voorstel voor een datawet.
Tot slot heeft het EDPB twee vertegenwoordigers van de gegevensbeschermingsautoriteiten van België en Hessen (Duitsland) aangewezen voor deelname aan de zesde gezamenlijke evaluatie van de overeenkomst tussen de EU en de VS inzake het programma voor het traceren van terrorismefinanciering (TFTP).
EDPB_Persbericht 2021_10